top of page
Meisjes op fietsen

EVENWICHTSZINTUIG

Het evenwichtszintuig kan voor iedereen als anders ervaren worden. Vind je bepaalde bewegingen leuk of eerder niet? 

​

Je kan onder- of overprikkeld zijn voor het bewegingszintuig. Hiernaast vind je enkele voorbeelden.

​

Let op: slechts ENKELE voorbeelden. Nog andere criteria zijn dus mogelijk. 

Het evenwichtszintuig

In het binnenoor bevindt zich het evenwichtsorgaan (vestibulair orgaan). In het orgaan zitten sensorcellen die gevoelig zijn voor versnelling/vertraging en draaiing. En die cellen staan weer in verbinding met een zenuw die de signalen aan de hersenen doorgeeft.

 

Het kunnen oprichten tegen de zwaartekracht. Het helpt het lichaam zich te oriënteren op de omgeving en om letterlijk in balans te blijven. Het evenwichtsorgaan verzamelt informatie over beweging en balans, het registreert hoe we draaien en hoe snel of langzaam we bewegen. Het evenwichtsorgaan signaleert of we versnellen of vertragen. Zo leren we over bewegen in de ruimte om ons heen en ontwikkelen we dieptegevoel.

​

Onderprikkeld persoon:

  • Onhandig zijn.

  • Snel botsen. Dingen omstoten.

  • Slappe houding hebben.

  • De controle van de houdingspieren is onvoldoende. Voelt minder goed hoe zijn lichaam beweegt en in welke houding hij zit.

  • Bewegingen zijn houteriger en onhandig.

  • Om meer informatie te krijgen in het evenwichtsorgaan kan de persoon

  • Wiegen met hoofd

  • Springen

  • Botsen

  • Op stoel wippen

  • Met hoofd ondersteboven hangen

  • Veel op schommel in speeltuin

  • Bewegingen opzoeken.

  • Niet altijd aan eigen veiligheid denken, gaat te ver bij contactsporten omdat hij niet goed voelt wanneer het te ruig is.

  • Blijft lang en hevig wiegen, krijgt er geen genoeg van

  • Klimt over, in, op en overheen

  • Maakt enorme snelheid of hoogte op een schommel

(Thoonsen en Lamp, 2015)

​

Overprikkeld persoon:

  • Sneller duizelig

  • Snel het gevoel uit balans te zijn. Houdt niet graag iemand zijn hand vast want dan minder controle over eigen bewegingen.

  • Niet graag op de trap

  • Niet graag tikkertje spelen

  • Niet graag op de schommel of klimrek

  • Houdt niet van hoogtes

  • Houdt liever van effen en harde ondergrond

  • Liefst met beide voeten op de grond

  • Laat kunnen fietsen

  • Graag stilzitten of rustige bewegingen.

  • Vindt het eng om met de voeten van de vloer te zijn

  • Raakt gespannen bij bewegingsactiviteiten

(Thoonsen en Lamp, 2015)

​

Wil je graag meer weten over jouw evenwichtszintuig? Wil je graag eerst meer informatie? Neem dan gerust contact met me op.

​

autisme Therapie

Evenwichtszintuig - Samen ertegenaan

Maak een afspraak

Wens jij een afspraak te maken voor je kind, jezelf, een familielid? Aarzel dan zeker niet om contact op te nemen. Samen werken we namelijk een persoonlijke aanpak uit, volledig op maat. 

​​

Na het eerste intake gesprek kan u nog kiezen of u al dan niet verder gaat met de therapie.

bottom of page